Tempranillo druif

Dit weekend heb ik de Covila II Crianza geproefd, een Rioja van Bodegas Covila. Een volle en krachtige rode wijn met overvloedige smaken van fruit waarin je ook het eikenhout terugvindt. Heerlijk is de lange afdronk. Al eerder heb ik op dit blog geschreven over de Spaanse Garnacha druif naar aanleiding van mijn ervaring met de Bolturina Garnacha 2006. De Tempranillo druif waarvan deze Rioja is gemaakt is het zeker waard om er wat uitgebreider bij stil te staan.


De Tempranillo druif is een blauwe druivensoort uit Spanje met een dikke schil. Men beschouwt de druif als een van de hoogwaardigste kwaliteitsdruiven om wijnen van te maken. Het is sowieso de belangrijkste druif van de Rioja en Ribera del Duero wijnen. Zijn naam is het verkleinwoord van het Spaanse Temprano ("begin"), een verwijzing naar het feit dat deze druif enkele weken eerder rijp is in vergelijking met andere druivensoorten. Deze druif doet het zeer goed op grote hoogte, maar kan ook heel goed een warm klimaat verdragen. Het Spaanse landklimaat biedt het hele spectrum aan. 


De Tempranillo druif werd hoogstwaarschijnlijk door de Spaanse veroveraars naar de Verenigde Staten gebracht. Tegenwoordig tref je de druif wereldwijd aan, zoals in de landen Mexico, Nieuw Zeeland, Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Australië, Argentinië, Uruguay, Turkije en Canada. 

De Tempranillo druif levert robijnrode wijnen met fruitige aroma’s waarin de smaken van onder andere bessen, frambozen, vanille, verschillende kruiden, aardbei, tabak en bessen terugkomen. Het zijn over het algemeen hele soepele wijnen met een laag alcoholpercentage en een relatief lage zuurgraad, welke bovendien lang bewaard kunnen worden zonder dat zij de fraaie robijnrode kleur verliezen. De meeste wijnen die van de Tempranillo druif gemaakt worden rijpen in eikenhouten vaten tot Crianza of Reserva. Deze wijnen hebben een heerlijk vanille aroma en hebben een rijkere smaak. Dit bleek ook overduidelijk toen ik de Covila II Crianza Rioja van Bodegas Covila proefde. Een aanrader!